dinsdag 13 oktober 2015

ARCHEOLOGIE IS MAGISCH

Er gaat bijna geen dag voorbij of er wordt wel ergens op de wereld een belangrijke ontdekking gedaan. Door nieuwe vondsten moeten gangbare theorieën worden bijgesteld en soms zelfs geheel verworpen. Er wordt niet alleen steeds meer gevonden maar ook de analyses en interpretatiemogelijkheden van het vondstmateriaal wordt steeds gediffentieerder. De Britse archeoloog Mike Parker Pearson ontdekte tijdens het jaren durende 'Stonehenge Riversite Project' tal van nieuwe indrukwekkende sporen in het sacrale landschap van Salisbury Plain. Zo bleek de link met de rivier de Avon zeer belangrijk voor de bouw van de wereldberoemde steenkring die in de loop der tijd meerdere functies had waar onder die van begraafplaats. Aan de oever van de rivier vond men de resten van een onbekende steenkring en het ontbrekende deel van de weg die vandaar naar Stonehenge had geleid. In het wat noordelijker gelegen Durrington Walls werd een enorme nederzetting van honderden huizen blootgelegd die de bouwers van het grote monument had gehuisvest. In Wales werden zelfs de groeven ontdekt vanwaar de 'bluestones'hun weg naar Stonehenge hadden gevonden. Op een enkele plek lag zo'n steen nog gereed voor vertrek. Tot de bouwers hoorden onder meer de klokbekermensen. Alle bekende geraamten,en vooral het tandsteen van deze mensen die overal in Groot Brittannië in grafheuvels waren gevonden werden aan een onderzoek onderworpen en er bleek onder meer dat ze vrij gezond en honkvast waren geweest. Slechts twee van hen kwamen uit het het buitenland, waar onder de beroemde boogschutter uit Zwitserland die met zijn kostbare handelswaar dwars door Europa en over het Kanaal naar Zuid-Engeland was gekomen. Vlak bij zijn graf werd een tweede graf gevonden van een jonge man die bijna hetzelfde DNA had; wellicht was het zijn zoon. Er werd ook onderzoek gedaan naar de mogelijke inhoud van de in de graven gevonden klokbekers en het bleek dat ze zowel melk als bier hadden bevat. Tijdens onderzoekingen van veenlijken uit Noordwest-Europa bleek bij een substantieel aantal van hen de maaginhoud ergot oftewel moederkoorn te bevatten. Deze verrotte roggekorrels leidden bij gebruik tot hevige brandende pijnen. Een kleine dosis veroorzaakte hallucinaties waardoor men in trance geraakte. Ook de toveressen cq heksen van de late middeleeuwen gebruikten soms moederkoorn als een soort drug en waanden zich vervolgens in een andere wereld. Dat laatste werd door hun vervolgens uitgelegd als een reis naar de heksensabbat. Duivels gedrag dat maar op één manier bestraft kon worden: de brandstapel.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten